Winsomgrenzen kortebaan met 10% verhoogd
Op de kortebaan zijn de prijzengelden de laatste jaren flink gestegen tot gemiddeld meer dan € 6.000 per koers, met uitschieters naar € 11.000. Dat maakt deelname natuurlijk erg aantrekkelijk, maar de keerzijde is dat paarden steeds sneller de winsomgrenzen bereiken en tegen een starthandicap aanlopen. De Kortebaanbond heeft een voorstel ingediend bij de SNDR om de winsomgrenzen per 2026 te indexeren met circa 10%, met als doel paarden langer te kunnen behouden voor het circuit. De SNDR heeft hiermee ingestemd en zal de nieuwe grenzen begin 2026 verwerken in het OB-1. Ze zijn ook opgenomen onder 'Deelnemers' > Winsomlijst en -grenzen.
Tot € 18.500
Paarden van 5 jaar en ouder starten met ingang van komend seizoen vanaf de basisafstand tot een winsom van € 18.500. Met een leerlingpikeur mag dat nog tot € 29.000. Vierjarige paarden gaan pas naar de basisafstand als ze € 8.000 of meer hebben gewonnen; tot die tijd starten ze met 5 meter voorgift.
Tot € 36.000
De starthandicap van 5 meter geldt voor paarden van 5 jaar en ouder met een winsom van € 18.500 tot € 36.000. Een paard met een winsom van meer dan € 36.000 mag, tot het in het lopende seizoen € 4.000 heeft gewonnen, van deze afstand vertrekken, ongeacht de rijdersvergunning. Zodra dit bedrag is overschreden, geldt de ontheffing nog uitsluitend indien gereden door een leerlingpikeur. Anders geldt een starthandicap van 10 meter.
De Kortebaanbond heeft de SNDR ook ter overweging gegeven de regels van het handicapsysteem nog eens tegen het licht te houden. Dit zou bijvoorbeeld kunnen leiden tot herziening van de huidige regel dat een paard dat na zijn eerste deelname driemaal niets verdient, een startontheffing van 5 meter krijgt – maar die ontheffing weer onherroepelijk kwijtraakt zodra er ook maar enig prijzengeld wordt gewonnen. De ervaring leert dat sommige paarden daardoor eigenlijk nooit meer een klassering behalen en uiteindelijk voor het kortebaancircuit verloren gaan. Een soortgelijke overweging is denkbaar voor paarden met een starthandicap, die zich door de vermoeiende inhaalraces nog maar moeilijk kunnen handhaven. De SNDR heeft aangegeven het voorstel nader in beraad te nemen. Ook tijdens de gezamenlijke evaluatie van Kortebaanbond, SNDR en deelnemers zal dit punt worden besproken.